23 oktober, 2019

Naar blog
Avonturen van..

Hoe het is om mee te doen in de Duitse kelderklasse | Deel I

Ik voetbal sinds een tijdje bij een team in een hobby-competitie waarvan 9 van de 11 spelers niet kunnen rennen zonder eens in de zoveel tijd te vallen. Het team: FC Ofenkickers. Het niveau: 5e klasse in de Royal Bavaria League (beter bekend als ‘de hobbyleague’, het laagste niveau dat er is). De plaats in de competitie: op een na laatste (de laatste was drie keer niet komen opdagen). De motivatie: tomeloos (hè?). Het mooiste van alles: de mensen.
Ze zijn allemaal Duits, kunnen geen Nederlands (en amper Engels overigens) en weten waarschijnlijk niet dat ik dit ooit over hen zou schrijven. Ik heb er een aantal op Facebook en je weet het allemaal nooit, dus ik heb de namen gefingeerd.

Steven, Chris, Nicolai oder jemand anderes. Wenn du das jetzt liest, weil du es übersetzt hast. Google Translate ist sehr unzuverlässig.

Maar het leek me dus wel leuk om een aantal van die jongens te omschrijven. Zowel in als naast het veld zijn het namelijk regelrechte fenomenen. Vaak bedwelmd door hun eigen onkunde, gecombineerd met wat er over is van de starnakele toestand van de avond ervoor. Hier een aantal types.

Allereerst Geri. Geri wordt ook wel Gandhi genoemd. Ik zie niet in waarom, aangezien hij alles doet wat God verboden heeft en wat Gandhi af zou keuren. Bij nader inzien noemen ze hem dus wellicht Gandhi vanwege de ironie. Hij heeft altijd bier bij zich en drinkt het ook altijd. Na de wedstrijd in de derde helft, maar ook voor de wedstrijd – in de 0ste helft? Hij dealt daarnaast volgens mij drugs. Hij komt altijd – ook als het regent – met een zonnebril aan voor de wedstrijd, dus ik denk dat hij meer doet met drugs dan alleen dealen. Gandhi kan best goed rennen en weet soms een bal aan te nemen, maar scheldt en excuseert zich vaak al voordat de bal bij hem is. Bovendien is Gandhi écht aardig. Oprecht aardig. Het type dat – hoe verknocht hij ook aan bier is – toch zijn laatste biertje aan je geeft als je dat wil. Bij nog naderder inzien noemen ze hem dus wellicht Gandhi omdat zijn hart op de juiste manier tikt. Leuk feitje: het was dit jaar voor het eerst in zijn leven dat Gandhi zowel voor als na het Oktoberfest dezelfde telefoon had.

Steven wisselt tussen keeper en laatste man. Hij is graag de laatste noodrem en hij heeft dit seizoen (dat is een halve competitie à 11 wedstrijden) acht penalty’s veroorzaakt (vergeef me als ik er één naast zit) en drie keer rood gepakt. Misschien moet ik erbij vermelden dat Steven in het winterseizoen bij een ijshockeyteam keept. Misschien moet ik daarbij vermelden dat hij ook daar vaak weggestuurd wordt. Misschien moet ik daar weer bij vermelden dat de belangrijkste reden dat hij bij Ofenkickers kwam keepen, was dat hij bij ijshockey op de zwarte lijst stond en daar dus een seizoen niet mocht spelen. Steven is een dolle stier met in zijn hoofd ‘Vandaag is rood’ op repeat. Steven wil je dus niet tegenkomen op het veld en ik betrap mezelf er best vaak op dat ik letterlijk mijn ogen dichtknijp als er een bal tussen hem en een aanvaller valt. Steven is dolgezellig buiten het veld. Ik denk dat hij coke snuift in het weekend, maar dat is een oordeel dat niet echt ergens op gebaseerd is. Steven draagt altijd dezelfde broek. Ik heb voor de gein een keer gevraagd of hij een nieuwe broek had, waar hij heel serieus ‘Nein, hab ich schon ziemlich lange’ op antwoordde. Er kon verder ook niemand om lachen. Iets met Duitsers en sarcasme denk ik. Sindsdien heb ik geaccepteerd dat iedereen het normaal vindt dat hij altijd dezelfde broek draagt.

Chris is altijd óf keeper óf geblesseerd. Dat toeval heeft ervoor gezorgd dat hij tegenwoordig altijd keept en nooit meer geblesseerd is. Een wonder. Chris kan echt best goed keepen, alleen snapt het concept ‘uitkomen’ nog niet helemaal. Soms redt hij wel onmogelijke ballen (altijd op de lijn dus) waardoor je je afvraagt of hij tot de katachtigen behoort. Verder is hij die keeper die boos wordt als er op goal geschoten wordt. Zo van: ‘Warum lässt du ihn schießen?’ Meestal reageer ik dan in de trant van ‘Ja, ik dacht jij staat er toch nog toch?’ En dat verstaat hij dan niet, wat fijn is omdat heel die discussie bij voorbaat natuurlijk nutteloos is. Als hij dan zo’n mooie redding maakt en boos is, schiet hij de bal uit diezelfde boosheid vaak overhaast keihard weer weg. Bijna altijd uit. Hierdoor is zijn redding ineens de helft zo waardevol, maar dat heeft volgens mij niemand door. ‘Geil Chris!’ klinkt het dan vanuit verschillende hoeken. Chris heeft een tatoeage in zijn nek, ruikt vaak sterk naar parfum, ziet er altijd uit alsof hij net bij de kapper is geweest, zingt graag gevoelige liedjes die hij deelt op Facebook en bewaart zijn telefoon tijdens de wedstrijd in zijn sok.

Leo is niet bijster slim, wel snel, erg aardig en hij heeft een ontwapende, sympathieke lach waardoor hij met alles wegkomt. Hij prijst mij altijd de hemel in en volgens hem voetbalt hij sinds mijn komst stukken beter, puur omdat ik meespeel en mensen beter maak. Een mooi compliment, maar ik wil niet weten hoe hij voetbalde voordat ik er was. Ik noem hem Leo Messi, vooral omdat hij dat zelf zo grappig vindt. Leo trekt best vaak met Gandhi op en is mede daardoor (denk ik) ook vaker wel dan niet dronken. Leo is de koning der telaatkomers. Volgens mij is hij nog geen enkele keer op de afgesproken tijd bij een voetbalwedstrijd geweest. Een keer kwam hij 20 minuten voor het einde van de wedstrijd (voor het einde ja!) aanrennen, waarna hij 10 minuten later inviel om nog 10 minuten mee te doen. Het is tekenend voor zijn a-punctualiteit, zijn welwillendheid en zijn naïviteit tegelijkertijd. Veel sorry’s en ongemakkelijke lachjes en korte excuses volgen vaak. Hij is het type dat je vervolgens ook vergeeft. Leo verraste me het meest toen hij uit het niets in bijna vloeiend Engels tegen me begon te praten. De meesten willen of kunnen dat niet, maar Leo was wel de laatste van wie ik dacht dat hij het zou kunnen. Verder heeft Leo een keer een goal voorkomen door over zijn eigen voeten te struikelen en een vrije trap mee te krijgen, dat verbaasde me minder.

Nicolai is het broertje van Chris en weet altijd hoe het het beste moet, zonder daadwerkelijk te weten hoe het moet. Hij loopt weinig en coacht vooral veel wat anderen moeten doen. Hij geeft je altijd een handjeklap als je voorbij loopt om te zeggen dat het goed geprobeerd was, ook al had je niks geprobeerd en was hij degene die iets probeerde wat mislukte. Hij speelt het liefst op 10, omdat hij ooit eens gehoord heeft dat ‘Der Zehner’ het belangrijkst in het elftal is. Zijn vaste actie is een halve schaar met zijn linkerbeen gevolgd door complete kortsluiting in het motorische deel van zijn rechterhersenhelft. Nicolai gebruikt altijd vreemde excuses voor iets wat hij fout deed, waardoor hij jou uiteindelijk soort van de schuld geeft. Zo passte hij laatst een bal zo veel te hard en zo ver naast me dat ik hem met geen mogelijkheid binnen kon houden, waarop hij zei dat hij dacht dat ik de bal verwachtte, alsof mijn verwachting der bal mij zou kunnen doen vliegen. Nicolai regelt verder (sinds de vorige manager stopte) de wedstrijden en gebruikt daarvoor ‘een notitieboekje dat ik van mijn vriendin heb gehad die dat gratis van haar werk heeft gekregen wat erg handig is voor dingen als dit, echt waar, mijn vriendin is echt lief je zou der een keer moeten ontmoeten.’ Zijn woorden.

We spelen het laagst van het laagst en verliezen vrijwel alles en staan praktisch laatste, maar we blijven positief en gemotiveerd, zelfs om oefenwedstrijden te regelen. Ik blijf komen en genieten, omdat het keer op keer weer een prachtig samenkomen is van uiteenlopende fenomenen.

Laatste vriendschappelijke wedstrijd met 7-3 kansloos verloren.

De volgende is in de maak.


Leuk verhaal?

Schrijf je in en krijg een berichtje als je weer wat te doen gaat hebben tijdens de volgende potgang.

[email-subscribers-form id=”2″]

Plaats bericht

Your comment will be revised by the site if needed.