28 oktober, 2021
Naar blogPeter over muziek
Kelly, Peter en Hanna zitten in de aanbouw van de ouders van Kelly samen een beetje te chillen. Peter speelt een first person shooter en ontdoet rompen van hoofden op de Playstation, Hanna is aan het experimenteren met zwarte make-up voor het aankomende Halloweenfeest, Kelly ligt languit op de bank en aait haar hond Bowie, die op de stoel naast haar ligt in te dommelen.
Peter, terwijl hij weer een kop bij een zombie van zijn romp schiet: “Hahaaaa, die ziet niks meer.”
Hanna reageert: “Lekker zeg, die domme schietspellen. Doe eens wat nuttigs man.”
Peter: “Zit ze hoor, met haar make-updoos. Over onnuttige dingen gesproken.”
Kelly komt tussenbeide: “Oké, nuttige vraag, Peter, vanaf morgen ben je voor de rest van je leven doof, of vanaf morgen ben je voor de rest van je leven blind. Je MOET kiezen.”
Zonder de focus op zijn spel te verliezen antwoordt Peter stoïcijns: “Blind.”
Hanna, die zichtbaar verontwaardigd is over zijn antwoord: “Blind ja? Doof neem ik aan. Zien is toch veel belangrijker dan horen?”
Peter, met hetzelfde eentonige stemgeluid als zijn vorige antwoord: “Niet mee eens, ogen observeren vooral, oren doen veel meer.”
Hanna, op een schampere toon: “Hoezo doen veel meer? Zien is toch gewoon onmisbaar.”
Peter: “Nou, ik houd bijvoorbeeld heel erg van muziek.”
Hanna: “Och, meneer houdt van muziek. Ik ook, maar toch ben ik liever doof dan blind.”
Terwijl zijn hoofd eraf gebeten wordt door een zombie, zegt Peter lichtelijk geïrriteerd: “Ik hóúd van muziek, jij vindt het wel prima als er geluid uit een speaker komt.” Dat laatste zegt hij op overdreven toon en met een op-en-neer schuddend hoofd, en vervolgt: “Dat is niet hetzelfde Hanna.”
Hanna: “Wat lul je nou man.”
Peter, die nu het spel op pauze zet, de controller weglegt, een kwartslag draait en Hanna recht in haar ogen aankijkt: “Ik lul niet. Ik hóúd van muziek, zei ik toch. Muziek raakt. Muziek kan je de weg leiden of je pijn laten voelen. Muziek kan me bedekken, alsof het een warme deken is in de winter, zonder die muziek geen warmte. Het kan een koude douche zijn in de zomer, maar ook een mes tussen je ribben. Maar muziek is gevoel.. MUZIEK IS GEVOEL!!” zegt hij met verheven stem.
Kelly’s mond is een beetje open gevallen en het kopje van hond Bowie is omhooggekomen. Hanna, die inmiddels gestopt is met make-uppen, kijkt met grote ogen terug naar Peter en zegt op een onzekere toon: “Nou, niet overdrijven..”
Peter: “Hoezo overdrijven? Muziek is fantastisch, als het op muziek aankomt kun je niet overdrijven. Het neemt je mee naar plekken waar je zonder die muziek niet komt. Tijdens een halfdronken ritje op de fiets naar huis bijvoorbeeld, kan ik door muziek meegevoerd worden naar het verleden, dwars door het heden en naar de toekomst. Niet met spijt of wroeging of angst, maar met een zwevend gevoel van welbehagen over wat is geweest, wat is en en over dat wat er allemaal nog komen gaat..”
Er valt een veelzeggende stilte. De twee dames kijken Peter vol verbazing aan. De passie van Peter heeft de discussie gekaapt. Dat weet hij ook, en dus vervolgt hij zijn betoog op een rustigere toon: “Muziek kan opzwepen, snap je, alsof.. alsof…” in de korte pauze waarin Peter zoekt naar een passende vergelijking, laat Bowie zijn kopje terugzakken, waardoor het weer rust op zijn voorpoten. “..alsof de werkers in de stookkamer van je pompende hart aan de cocaïne zitten als je een nummer hoort dat lekker resoneert.” Het blijkt dat Hanna’s ogen nog groter konden worden en de onderkin van Kelly nog verder kon zakken, “Het is toch zo bijzonder, hoe trillingen in de lucht je trommelvliezen kunnen beroeren en dat dat je bloed letterlijk sneller kan laten stromen, maar dat muziek je hartslag aan de andere kant ook omlaag kan brengen en je in slaap kan sussen. Op begrafenissen moet je janken van verdriet als de juiste muziek je raakt, op bruiloften huil je van geluk als de juiste muziek je raakt. Maar muziek raakt je. Muziek laat je leven. Oftewel, zonder muziek, of erger dus, geluid überhaupt, zou ik voor een groot deel doodgaan.”
Er heerst een stilte. Peter draait terug richting tv-scherm, pakt de controller op en gaat verder met het beschieten van zombies. Hanna en Kelly kijken elkaar met grote ogen aan. Kelly’s hand, die al een tijdje roerloos boven het kopje van Bowie zweefde, begint weer te aaien, waarna Kelly de stilte verbreekt en zegt: “Dus jij bent liever blind.”
Peter: “Ik ben liever blind.”
Hanna: “Snap ik wel.”
Plaats bericht