Ik lees het boek ‘Sapiens’ en ik vind het fantastisch. Voor degenen die het niet kennen, het boek geeft je een hele interessante inkijk in de geschiedenis en de evolutie van de mens – de Homo Sapiens.
En in een van de vele interessante theorieën die gaan over de evolutie, wordt aangegeven dat ‘roddelen’ een onmiskenbaar belangrijk aspect was van de ontwikkeling van de Homo Sapiens.
Pakweg 60k jaar geleden vond er een belangrijke ontwikkeling in de manier van communiceren van de mens plaats. Van ‘hey Peter, achter die bossen zit volgens mij een leeuw, dus let even op gap.’ gingen we naar ‘Hey Diana, heb je al gehoord dat Peter gisteren met Thea heeft liggen kezen?’ en ‘Yo Mo, Ilza vertelde me dat daar geen leeuw zat, maar die zat er wel en nu is mijn halve gezicht opgegeten, leugenachtige feeks dat ze is!’ Oftewel: naast uitsluitend ‘informeren’ leerde de mens ook ‘roddelen’. En dat was een vitale manier om grotere groepen te creëren. Waar er tot dan toe vooral in kleine groepjes werd geleefd, zorgde roddelen ervoor dat groepen groeiden tot wel 150 man! Dat was mogelijk omdat iedereen door het roddelen een bepaald beeld van elkaar kreeg. Op basis van dat beeld kon je inschatten of je iemand kon vertrouwen, zonder dat je diegene kende. Dat kon goed of slecht uitpakken, die Ilza lijkt me in ieder geval echt een kutwijf, ook al heb ik d’r nooit ontmoet. En dat is dus schijnbaar essentieel voor een groep om te functioneren.
Dat roddelen in ons DNA zit vind ik niet gek klinken, je zou zeggen dat alles wat tante Agatha iedere keer weer over de halve postcode weet te vertellen toch echt wel voortkomt uit een dierlijk instinct. ‘Ik zag Sjon laatst wel zestien-en-een-halve minuut voor het raam staan kijken, wat een geniepige vent is dat toch hè, altijd al geweten!’ Positief of negatief, je leert Sjon zeker wel kennen.
En door het gebrek aan activiteit, interactie en communicatie dezer dagen, staat het roddelen op een soort van pauze. Laten we eerlijk zijn: er gebeurt weinig en via Zoom verliest roddelen toch best veel van haar charmes. En in alle eerlijkheid: ik mis het. Ik wil weer ‘heb je het al gehoord?’ horen en mijn oren spitsen en aanhoren wat ik hoogstwaarschijnlijk nog niet gehoord heb. Om vervolgens diegene te vertellen dat hij niet zo moet roddelen.
Waarna ik het weer doorvertel aan iemand anders.
Plaats bericht